Gedichten en verhalen van Theo monkhorst

IK, WETHOUDER/ VAN SCHOONHEID EN MACHT

 

Kamer van Flip.

Flip leest de krant. De telefoon klinkt.

 

Flip:

Oh, hallo mam.

Jij bent snel. Ik heb het net gelezen. In de NRC.

Dank je. Ja, mooie foto. Zei Sjon ook al. Eindelijk, zei hij.

Ja, dat ik eindelijk klonk als een politiek leider.

Nou ja, je weet hoe hij is. Eigenlijk heeft hij wel gelijk. Ik moet me niet laten ringeloren door de gemeenteraad. Het is toch waar wat ik heb gezegd? ‘Voor een goed cultuurbeleid moeten scherpe keuzes worden gemaakt.’ Dat willen ze toch horen van een politicus? Een beperkt budget, dat is niet anders, dan moet je hakken… ik bedoel keuzes maken en dan vallen sommige kunstenmakers af. Fact of life.

Omdat ik bij de vorming van het College niet meer heb gekregen.

Ja, natuurlijk. Ik wilde een miljoen meer.

Het was kiezen of delen. Ze hadden mij Cultuur gegeven.

Wie? Die andere partijen. Dat was wat ze hadden besloten. Anders was ik geen wethouder geworden. Vergeet niet, het ging er hard aan toe. Ik ben tot het gaatje gegaan, maar meer zat er niet in.

 

Mam, ik had nooit gedacht dat ik wethouder zou worden en toen ze me vroegen kon ik niet terug. Ik was als de dood dat ik het niet zou kunnen en toen moest ik onderhandelen over budgetten en ja dat is me gewoon niet gelukt. Sorry hoor, maar zo is dat nu eenmaal.

 

Dank je, Sjon zei ook dat hij trots op mij was.

 

Er klinkt cello muziek.

 

Verdomme.

Ach die buurvrouw zit weer te repeteren. Word ik doodziek van. Maar er is niets aan te doen. Ja … dag lieverd. Dank voor het bellen.

Ze moesten eens weten… trots. Ze zitten me op de huid als een pak wolven.

 

 

Miriam

(Cello muziek, Miriam zit te repeteren. Na enige tijd stopt ze, zet zich aan een tafeltje en gaat schrijven.)

Lief dagboek.

Wat stel jij toch altijd lastige vragen.

Ja, Charlie is een geweldig virtuoze pianist – en minnaar, maar daar gaat het nu even niet over. Zoals hij laatst met het Metropoolorkest in het Concertgebouw optrad! Sprankelend, dynamisch, scheef naar het publiek, lachend. Ze stonden op de stoelen.

Maar nee, ik herken me daar minder in dan bijvoorbeeld in Thelonious Monk en Glenn Gould. Die hebben iets met de piano, ze praten met het instrument. Ze zoeken en luisteren en ontdekken dan soms ongelofelijke dingen. Charlie is een perfecte entertainer – ja, ook in bed, maar daar gat het nu even niet over – maar Monk en Gould creëren nieuwe muziek, het zijn ontdekkers. Bach is bij Gould nooit hetzelfde, altijd nieuw. Soms gaat het mis, maar dat mag van mij, want je krijgt er zoveel voor terug. Charlie gaat nooit mis, dat zit er ingeramd. Maar ik mis de nieuwsgierigheid. Het is naar buiten gericht, niet introvert, niet samen met het instrument.

Dat zoek ik ook in Mien. Mijn prachtige voluptueuze Mien, mijn glanzende Mien. Als ik haar precies op de juiste manier bespeel, met mijn zachtaardige en soms ook strenge strijkstok, dan bemin ik haar, dan zingt ze of klaagt ze. Maar ik ben geen Monk of Gould, vaak gaat het mis. Daar is maar één antwoord op, lief dagboek: studeren, studeren, luisteren, voelen, eindeloos. En soms springt er dan een vonk over. Je moest eens weten hoe gelukkig ik dan ben omdat ik even pure schoonheid ervaar. Zoals ik ooit las: ‘Schoonheid bestaat, maar je moet moeite doen om haar te betrappen.’

Schoonheid tilt je op. Even ben je buiten jezelf. Even begrijp je dat je niet alleen in je eigen bubbel zit, maar in een bubbel zo groot als het universum.

Zie je, lief dagboek. Het valt niet te beschrijven.

Heerlijk om te doen. Maar als we worden wegbezuinigd kunnen we er niks meer mee. En dat gaat gebeuren, als ik iedereen mag geloven. Ons trio staat niet in het Kunstenplan. Weggestreept. Over en uit. Welke gek bedenkt zoiets? We treden overal op, krijgen prachtige recensies, maar we zijn niet inclusief, divers of vernieuwend, of meer wat dat soort boeventaal.

Lief dagboek. Je stelt altijd vragen, maar kun je ook antwoorden? Wat moet ik doen als wij geen subsidie krijgen? Als we ander werk moeten gaan zoeken omdat we niet meer kunnen leven van onze optredens? Vakken vullen? Uitzendbureau? Na al die succesvolle jaren? Hoe is dat mogelijk? Wat moet ik? Waarom antwoordt je niet?

 

Flip

Telefoneert

Jij bent mijn vooruitgeschoven post in de gemeenteraad. Zeg maar tegen je collega’s dat de liberaal Thorbecke al zei dat de overheid geen oordeel over kunst mag hebben. Zeg maar dat wij een systeem hebben dat daarop is gebaseerd. Een onafhankelijke adviescommissie van deskundigen. Die bepalen wie wat krijgen. Dat voer ik uit. Zeg dat maar. Ze hebben geen poot om op te staan. Zo werkt het in onze democratie.

Je mag best was harder optreden. Doen zij ook. Niet te lief. Wij moeten dit winnen. Succes.

Legt telefoon weg.

Mam was trots op mij, net als Sjon, toen ik werd benoemd. Ik was ook trots. Nu bestuur ik deze stad dacht ik, toen ik naar huis liep over het Voorhout. Toen die directeuren van de grote kunstinstellingen een voor een als pachters met de pet in de hand bij mij op kantoor kwamen dacht ik nog steeds zo. Ik ben de baas. Dacht ik. Directeuren die net zoveel verdienen als een minister. Met budgetten van tien miljoen en honderd medewerkers. Maar ik ben de baas…dacht ik.

Wat ben ik? De baas? Ik zit klem. De adviescommissie die tien keer meer van kunst weet dan ik, de machtige directeuren van de grote instellingen en de gemeenteraad. De adviescommissie bepaalt dat al die groten in de benen moeten worden gehouden, ook als er weinig geld is. Het zijn de systeeminstellingen, het fundament van onze stadscultuur. Maar als al die kleine makers –  toneel, muziek, kunst en dans – als die verdwijnen, blijft het fundament bestaan. Dus is er geen keuze. Alleen de gemeenteraad, die rooie pruik en haar trawanten, wil wat anders. Die wil de kleintjes helpen ten laste van de grote. Kaasschaaf. Moet kunnen redenering.

Wie ben ik? Die dacht dat hij de baas was. De baas die klem zit. Een voor een zijn ze weer bij mij geweest, de grote jongens. Al jarenlang eigen baas, internationaal erkend, bekende Nederlanders. Toen merkte ik dat het anders was dan ik dacht. Voelde ik mij klein. Wethouder betekent uitvoerder. Doen wat de onderbazen willen, anders lopen ze naar de pers, tv, talkshows. Welke talkshow wil mij? Ja, als ik op mijn bek ga. Als dat klerewijf met drie rooie pruik mij op mijn knieën krijgt en die miezerige socialist. Wat niet zal gebeuren. Over mijn lijk.

Gewoon uitvoeren wat de adviescommissie voorstelt, dacht ik. Ben ik gedekt.

Cello muziek

Begint ze weer. Eindeloos hetzelfde.

Loopt naar de radio. Er klinkt een Duitse schlager.

Het zal niet lang meer duren. Haar subsidie stopt. Eindelijk rust.

Er klinkt een schreeuw van een mannenstem.

Ja, Sjon, lekker hard hè? Antenne Bayern.

Even zingt hij mee. Dan zakt hij in een stoel, buigt voorover met zijn handen voor zijn gezicht.

Verdomme. Verdomme. Klerenwijf.

Hoe denkt ze? Wie is ze? Die rooie pruik. Alsof een soort woede haar drijft. Geen politiek, zegt ze. Kunst in de stad, daar gaat het over. Om cultuur. Zegt ze. Haalt je de donder. Macht. Ze wil macht. Kijkt vriendelijk, alsof ze niet begrijpt dat ze mij onderuit aan het halen is. Ze wil haar zin. Dat heet macht. Maar waarom?

Waarom ikzelf wil winnen? Omdat ik wethouder ben, een wethouder verliest niet, een wethouder heeft macht. Is dat waarom ik wil winnen? Om de macht niet te verliezen? Onzin, het gaat mij toch ook om de kunst? … Is dat zo?

 

Telefoon gaat.

 

Wat nou weer?

Wat zeg je? Jilek? Waarover?

Gemeentelijk cultuurbeleid? Wat? De rol van de gemeenteraad?

Naar aanleiding van welk conflict?

Er is geen conflict. Wij overleggen met de gemeenteraad. Zeg dat maar.

Waarom zou ik niet durven?

Ja, dat is waar. Jilek.

Ja, rustig, mag ik even nadenken? Ik gooi mijzelf voor de leeuwen. Jij niet.

Goed, ik doe het. Zeg dat maar. Dat ik graag kom.

Trainen? Televisietraining? Wil jij dat doen?

Nee, niet nodig. Dat kan ik zelf wel. Met mijn ervaring.

Ja, zie je dan.

Legt telefoon neer.

Training, kom op.

Zet zich in een houding alsof hij aan de Jilek tafel zit.

Jazeker Vera …

Zij noemt toch iedereen met de voornaam? Dan doe ik het ook. Toch…?

Ja, zeker Vera, ik ben wethouder van kunst en fietspaden.

Misschien hoeft dat laatste er niet bij. Het gaat hier toch om het cultuurbeleid.

Ja, zeker, Vera, ik ben wethouder van cultuur. Op mijn schouders rust de verantwoordelijkheid voor de cultuur in onze prachtige stad die vol is van kunst en cultuur. Wij zijn een Europese dansstad, wij hebben een schitterend gerenommeerd symfonieorkest, een Koninklijk theater. We staan op het punt om een van de mooiste kunsttempels van Nederland, misschien zelfs van Europa, te openen…

Ja, zeker, dat is een grote verantwoordelijkheid. Maar als minnaar van de schone kunsten is die bij mij in goede handen.

Moet ik iets over Corona zeggen? Wat zou ik moeten zeggen? Dat de instellingen bij de regering moeten zijn voor steun?

Niet bepaald sterk.

Hebben wij zelf iets te bieden?

Moet ik misschien toch eens in het College bespreken .

Maar nu is het te vroeg. Als ze erover begint zeg ik gewoon dat het de aandacht heeft van mij en mijn collega’s van economische en sociale zaken. De volle aandacht.

Juist, mijn volle aandacht. Omdat de positie van de kunstenaars in deze moeilijke tijden mij aan het hart gaat. En van de scholen.

Hoewel dat niet in mijn portefeuille zit. Maar wel in de partij, net als fietspaden. Misschien kan ik het er in flansen. Je moet nooit antwoorden op vragen van journalisten. Altijd je eigen verhaal vertellen. Doet de premier ook. Dat hoeft die voorlichter mij niet te vertellen. Ontzettend eigenwijs kind.

Zevenhonderd duizend kijkers. Nationaal. Als ik dan een boodschap van de partij over onderwijs kan pluggen…

Staatssecretaris? Ik? Waarom niet? Als ik nu scoor, wie weet? Scoren op kunst helpt niet veel in de partij. Educatie, daar gaat het over.

Goed dat ik bij Jilek zit. Gewoon wethoudertje bij Jilek. Over kunstbeleid. Ze zullen opkijken.

Even mams bellen. Kan die het opnemen.

 

 

Miriam luistert naar muziek. Een deel van het String trio van Gideon Klein (1919-1945) geschreven in Theresienstadt. Hij voltooide dit werk op 26 jarige leeftijd op 7 oktober 1944. Negen dagen later werd hij gedeporteerd naar Auschwitz en vermoord.

 

Absurd. Gideon Klein. Zesentwintig jaar.

Pure schoonheid tegenover duivelse ideologie. Niet te vatten. Goed dat we zijn ‘String trio’ spelen. Prachtig. Schoonheid wint uiteindelijk altijd. Hij blijft bij mij. Gideon Klein. Met alle kracht van zijn jeugd schreef hij in het kamp over liefde en melancholie en het schreeuwde het uit van woede en angst. Negen dagen later werd hij vermoord in Auschwitz.

Telefoon gaat. Ze laat hem een tijdje overgaan. Neemt dan met tegenzin op.

Charlie, darling!

Wat zeg je? Kom je niet? Blijf je in Groningen? En je zou vannacht bij mij slapen.

Ja, ik begrijp het. Natuurlijk. Zeker met Pauline.

Ja, sorry. Veel plezier. Ik zie je wel als je tijd hebt.

Eindigt gesprek abrupt.

Zak, laat me zitten. Net nu ik hem nodig heb. Nou ja, misschien is er iets op tv. In plaats van de schoorsteen vegen. Lucy zegt altijd ‘je moet toch iedere week de schoorsteen laten vegen,’ beetje vieze bek, maar wel een schat. Kijken.

O, Jilek. Hang er vanaf wie ze heeft gestrikt.

Mariam praat zo nu en dan door de discussie heen.

 

Jilek:

We gaan het vanavond hebben over gemeentelijk cultuurbeleid. In de gemeenteraad van de Hofstad is beroering ontstaan omdat de leden vinden dat hun democratische rechten worden onthouden bij het bepalen van het kunstenbeleid. Waardoor een hele laag kleine en middelgrote kunstinstellingen worden wegbezuinigd. We hebben uitgenodigd wethouder van Cultuur Philip van Boven en een van de wegbezuinigde kunstmakers Rob Witse, acteur en producent van het literaire theater Brouilly.

Miriam

Krijgen we nou? Boze buurman!

Rob

Waarom heb je Rooie Bep niet uitgenodigd, het gemeenteraadslid dat oppositie voert?

Jilek

Die wilde de discussie niet op de camera voeren maar in de Gemeenteraad.

Rob

Dus mag ik het doen.

Jilek

Zo is het. Maar eerst wethouder Van Boven. Philip, waarom wil je de gemeenteraad buiten spel zetten bij het cultuurbeleid?

Flip

Dat wil ik niet en heb ik niet gedaan. Mag ik het even uitleggen?

Jilek

Ga je gang.

Flip

Subsidiering van kunst is altijd een lastig politiek onderwerp geweest omdat al sinds Thorbecke de politiek zich niet met de inhoud van kunst mag bemoeien. Terecht. Als je kijkt naar Nazi Duitsland en het communisme van Stalin dan is dat duidelijk. Entartete Kunst en kunstenaars in de Goelag. Dat begrijpt iedereen.

Wij hebben daarom een systeem gecreëerd waarbij een onafhankelijke commissie buiten de politiek om een advies geeft. In feite bepalen zij wie de subsidies krijgen. Wij hebben kwaliteitscriteria geformuleerd en zij bepalen welke instellingen aan die criteria voldoen.

Jilek

Welke criteria?

Flip

Nou bijvoorbeeld inclusie, diversiteit, bedrijfsvoering.

Rob

Niet schoonheid?

Flip (lacherig)

Nee, niet schoonheid. Dat is niet objectief vast te stellen. Je kunt het vergelijken met andere producten waarvoor de overheid meetbare kwaliteitscriteria vaststelt.

Miriam

Moet je hem horen. Schoonheid die niet vast te stellen is. Schoonheid bestaat, onmeetbaar.

Jilek

Zoals frisdrank.

Flip (aarzelend)

Eh…ja. Hoewel…

Rob

Dus ik ben een product. Al of niet meetbaar.

Flip

Jij bent een kunstenaar.

Rob

Een onmeetbare kunstenaar. Daarom krijg ik geen subsidie.

Miriam

Net als ik. Wij kunnen verhongeren voor die hufter.

Flip

Nee, daar heeft het niets mee te maken.

Jilek

Waar dan wel mee?

Flip

Nou… bijvoorbeeld een gebrek aan geld. We moeten kiezen. Zorgvuldig kiezen. Het is geld van ons allemaal. Belastinggeld. Waarvoor we ons voor de kiezers moeten verantwoorden.

Jilek

En daarom bezuinigen jullie de kleinere en middelgrote kunstenmakers weg.

Flip

Nee, niet allemaal. We houden nog genoeg over. Maar we kunnen de grote systeeminstellingen niet meer korten. Die zijn het fundament van onze stadscultuur.

Jilek

En daar is de gemeenteraad het niet mee eens?

Rob

Mag ik even?

Jilek

Ga je gang.

Rob

Volgens mij zit het zo. Er is een heleboel geld voor cultuur. Zoiets als honderd miljoen. Daarvan gaat helaas maar een klein deel naar de echte makers van kunst. Zeg maar veertig miljoen. De rest gaat naar bibliotheken, allerlei bemiddelaars, educatie en dergelijke. Het grootste deel van die veertig miljoen gaat naar vier of vijf grote instellingen. Dat noemt de wethouder systeeminstellingen. Instellingen die miljoenen krijgen: muziek, theater, dans, musea. Met directeuren die evenveel verdienen als een minister. Op zichzelf prima. Maar er blijft te weinig over voor de creatieve laag daaronder. Die voor vernieuwing zorgt, waar jonge kunstenaars zich kunnen ontwikkelen. Kleine theaters, muziekgezelschappen, popgroepen, dansinstellingen. De mensen zijn er dol op. Maar zij verdwijnen en daarmee een humuslaag waarop de cultuur gedijt.

Miriam

Goed zo. Ons trio wordt overal gevraagd. Zelfs buiten de stad, buiten Nederland. Maar wij moeten verdwijnen. Wat weet die vent van kunst? Die schlagerkoning met zijn kabaal.

Jilek

Maar wat wil de gemeenteraad dan?

Flip

Die wil een paar procent van de systeeminstellingen weghalen en naar een aantal kleinere instellingen overmaken. Maar dat kan niet. Er zijn verwachtingen gewekt. De Adviescommissie heeft niet voor niets gekozen op basis van onze criteria. Er is personeel dat dan ontslagen moet worden. Bovendien gaat de politiek zich dan met de inhoud van de kunst bemoeien en dat is als sinds Thorbecke verboden.

Jilek

Dus dat wil jij blokkeren?

Flip

Ik blokkeer niets en niemand. Ik ben het er niet mee eens en dus maak ik bezwaar.

Rob

Mag ik eens iets vragen?

Jilek

Ga je gang.

Rob

Philip, mag ik Philip zeggen?

Hou jij van kunst?

Flip

Ja, natuurlijk.

Rob

Waar hou jij van?

Flip (zoekend)

Cabaret, Bruce Springsteen, het Kunstmuseum. Ik zou graag museumdirecteur willen worden. Ik lees veel. Vooral biografieën en historische romans.

Miriam

En Duitse schlagers. Zeg het dan boze buurman. Duitse schlagers. Of schaam je je daar voor?

Flip

Maar neem me niet kwalijk. Ik zit hier niet als de mens Philip van Boven, maar als wethouder Van Boven. De uitvoerder van een kunstenplan op basis van door de Raad vastgestelde criteria. Het doet er niet toe wat ik zelf mooi vind, dat mag ik niet eens …

Rob

Dus een wethouder is geen mens?

Flip

Een wethouder is een bestuurder, een functionaris in opdracht van het volk.

Rob

Sieg!..

Jilek

Stop dat Rob.

Rob

Ja, sorry. Het ontsnapte me.

Miriam

Een wethouder is geen mens. Boze buurman is geen mens. Heb ik altijd al gedacht, met zijn Schlagermuziek.

TV uit

Zij zit geruime tijd in gedachten. Dan zet ze de cd van Klein weer op. Na enige tijd begint ze te praten.

Wat is dat toch, schoonheid? Deze muziek werd in een concentratiekamp geschreven door een jonge musicus. Hij zocht en vond schoonheid tussen zijn beulen. Hoe iemand door schoonheid boven de onmenselijkheid kan uitstijgen. En dat aan mij kan overdragen. Onmeetbare schoonheid. Het ontroert mij … doet me pijn. En dat zo’n wethouder dat niet begrijpt.

 

Flip

Telefoneert

Mooie sneeuw? Zo jij durft. Kijk je wel een beetje uit?

Natuurlijk ben ik jaloers. Ik sta ook liever op mijn ski’s in de sneeuw dan hier in de gemeenteraad of tijdens een verhoor door Jilek. Wat een kreng.

Wat moet ik zeggen? Hier op het stadhuis zegt iedereen dat ik mijn punt heb gemaakt. Ik heb duidelijk gemaakt waarom mijn beleid het juiste is. Zeggen ze hier. Die lakeien van het stadhuis. Maar ik heb een dubbel gevoel.

Nou ja, hoe moet ik het zeggen? Er was een ventje, je hebt misschien wel eens van hem gehoord Rob Witse, een of andere acteur, die een klein theatertje runt. Ja, op de schobbedebonk. Wat ze literair noemen, dat wil zeggen armoe. Welke schrijver verdient nou zijn eigen brood met schrijven? Op een paar na.

Nee, geen schrijver, maar acteur. Noemen ze toch literair. Maar goed…die zat behoorlijk te drammen en kreeg alle ruimte van Jilek. Hij vroeg waar ik van hield. Nou, ik zei, cabaret en Bruce Springsteen en historische boeken. Is toch waar? Maar ik trapte in een val. Als wethouder heb ik geen voorkeuren, ik ben neutraal. En toen zei hij dat een wethouder geen mens is. Eigenlijk zei hij dat ik een onmens ben omdat ik mijn werk doe. Omdat ik nu eenmaal vuile handen moet maken, moet kiezen. Niet iedereen kan geven wat hij vraagt.

Ja, misschien kun je zeggen dat het de taak is van de leider. Om keuzes te maken die anderen niet kunnen of durven maken. Ja…je hebt gelijk. Dank je, je hebt me weer opgekrikt.

Ha, ha, nee, zo bedoel ik het niet. Was het maar zo. Natuurlijk mis ik je. Lieverd. Kom maar gauw terug … nee, geniet maar, ook voor mij. Geniet voor twee. Dag…dag…dag.

Springt op. Zet Duitse marsmuziek op.

De bel gaat. Eerst hoort hij het niet. Dan gaat de bel nog een keer. Hij zet de muziek zachter.

De bel. Wie kan dat nou zijn om deze tijd? Ik kan wel in bed liggen. Maar ik lig niet in bed, toch…

Opent de deur. Miriam staat daar.

Miriam

Ik heb je gezien. Op tv.

Flip

Goedenavond. Ken ik u?

Miriam

Ik ben jouw geweten. Jouw buurvrouw. Kun je de muziek wat zachter zetten?

Flip

Ah, jij bent degene die altijd eindeloos dezelfde deuntjes speelt.

Miriam

Ik ben celliste. Dat is mijn vak. Ik repeteer.

Flip

En ik ben wethouder.

Miriam

Ja, dat weet ik. Ik heb je gezien bij Jilek. Je hebt niet gezegd dat je van Duitse marsmuziek houdt.

Flip

Gaat niemand iets aan.

Miriam

Mij wel. Ik kan er niet door werken.

Flip

Oefenen bedoel je?

Miriam

Dat heet repeteren. Werken. Daar verdien ik mijn brood mee. Jij weet echt niets van kunst af, hè?

Flip

Moet dat dan?

Miriam

Jij bent toch wethouder van kunst? Jij bepaalt toch wie subsidie krijgt?

Flip

Aarzelt of hij de deur dicht zal gooien of niet.

Oké, kom maar binnen. Dan zal ik het je uitleggen. Voor de zoveelste keer, terwijl het toch zo simpel is.

Ga zitten. Wil je wat drinken?

Miriam

Goh, nou zit ik zomaar bij een wethouder thuis. Nee dank je. Mag ik je wat vragen?

Flip

Natuurlijk. Wat wil je weten?

Miriam

Ik ben beroepscelliste. Zit in een trio. Wij krijgen prachtige recensies en trekken volle zalen. Maar alleen met de recettes kunnen we niet bestaan. Daarom hebben we een aanvullende subsidie nodig. Als die wegvalt kom ik in de bijstand. Kan ik de huur niet meer betalen. Heb jij al eens eerder iemand ontmoet die door jou in de goot terecht komt?

Flip

Ben jij hier binnengedrongen om mij te beledigen? Alsof ik iemand in de goot duw. Hoe durf je. Je spreekt met de wethouder. Een beroemde celliste schijnt geen garantie tegen domheid te zijn. Maar ik zal het nog een keer uitleggen.

Miriam

Nu beledig jij mij.

Flip

Luister. Ik ben wethouder. Een wethouder is een bestuurder.

Miriam

Ja, dat weet ik. Ik heb je gezien op tv. Jij hoeft niks van kunst te weten. Daar heb je een commissie voor. Jij moet alleen uitvoeren. Je mag zelfs niets van kunst vinden omdat de politiek niks van kunst mag vinden. Thorbecke. Ik heb ook op school gezeten.

Flip

Nou, dan begrijp je wat ik zeg. Ik ben er niet verantwoordelijk voor dat jij in de bijstand komt.

Miriam

Maar de gemeenteraad wil dat corrigeren. Die wil geld vrij maken om kunstenaars zoals ik te redden. Niet alleen voor die kunstenaars, maar ook om te zorgen dat de vruchtbare bodem van de kunst in de stad niet wordt afgegraven. En daar verzet jij je tegen. Waarom, alleen omdat jij het niet zelf hebt bedacht?

Flip

Zo, zo. Je hebt het hele jargon van de oppositie al overgenomen.

Miriam

Dus toch niet dom?

Flip

Als dat zo is moet je ook begrijpen waarom ik dat niet kan doen. Ik kan dat niet omdat er geen geld voor is. Ik heb niet meer dan ik heb. Ik kan de belastingen niet verhogen om kunstenaars te redden.

Miriam

Weet je, vroeger had je koningen en pausen of hele rijke burgers die kunstenaars opdrachten gaven. Weet je waarom ze dat deden?

Flip

Miriam

Om de schoonheid.

Flip

Ironisch lachje

Miriam

Mag ik?

Flip

Ja, ja, die vent bij Jilek begon er ook al over. Het zit jullie blijkbaar hoog.

Miriam

Een kunstwerk is iets op zichzelf staands. Iets dat nooit heeft bestaan en dat een kunstenaar vindt, met zijn techniek en zijn intuïtie. Vroeger beschouwden die grote mecenassen kunst net als wetenschap. Iets dat ons meer leert over de wereld en de werkelijkheid. Kunstenaars werd opgedragen een beeld te maken, een compositie of een gedicht. En daardoor ontstond schoonheid.

Flip

Iets moois. Dat weet ik. Ik ben wethouder van cultuur.

Miriam

Ja, vaak wordt dat al mooi ervaren. Maar het is meer, het is een ontdekking. Iets dat zich plotseling openbaart. Dat ons verrijkt. Schoonheid is de kern van menselijkheid. Niet van cijfers, criteria, maar van menselijkheid.

Muziek is als water voor mij. Als ik niet kan spelen kan ik niet leven. En publiek is als lucht, zonder publiek kom ik adem tekort.

Flip

Je kunt toch voor jezelf spelen of voor je collega’s.

Miriam

Ja, dat kan. Maar als wij de reactie van het publiek niet krijgen worden we niet gevoed. Je moet het zo zien: het publiek zit met ons in een en dezelfde muzikale bubbel. Zij reageren op ons en wij op hen. We ademen samen. Zonder het publiek komen wij adem tekort. Kan onze muziek zich niet ontplooien.

Flip

Dat klinkt heel mooi, maar ik kan er niets mee. Ik bemoei met niet met mooi, niet met lucht en niet met water. Vertel eens waarom is jouw subsidieverzoek afgewezen? Niet om het gebrek aan schoonheid neem ik aan, daar word je niet op beoordeeld. Maar waarom dan wel?

Miriam

Omdat wij alleen Europese muziek spelen. Dat voldoet niet aan de criteria diversiteit en inclusie. Ze willen dat wij tenminste twintig procent muziek uit de derde wereld spelen. Bovendien vinden zij dat wij niet goed georganiseerd zijn. We moeten een jaarverslag maken, alsof we een multinational zijn. We zijn een trio, drie vrouwen die muziek maken, een jaarverslag! We hebben netjes opgeschreven wat we verdienen en  uitgeven. Maar dat strookt niet met de standaard. Zo staat het er: ‘Het strookt niet met de standaard.’ Hoe kun je het bedenken?! Moeten we een een boekhouder inhuren? Die verdient net zo veel als wij met zijn drieën. Heb jij dat soort criteria bedacht?

Flip

Ja, samen met deskundigen. De criteria zijn door de gemeenteraad vastgesteld. Als wij niet voor iedere subsidient dezelfde regels stellen doen we aan concurrentievervalsing. Wij moeten als overheid neutraal zijn. Hoe kunnen we beoordelen of de belastingcenten goed zijn besteed met een financieel verslag op de achterkant van een sigarendoosje? Daarvoor is een verslag nodig dat aan de accountancy standaarden voldoet.

Miriam

Hoe kunnen wij van 20.000 euro ons werk doen? Studeren, reizen, eten, optreden en een accountant van 10.000 euro. Wij zijn kunstenaars, neem me niet kwalijk. We zijn bereid voor weinig te werken. Ik zou liever zonder subsidie werken. Van dit gedonder af te zijn. Misschien worden we wel zo goed en bekend dat we ooit van de royalty’s kunnen leven, maar voorlopig kan dat nog niet. Kennelijk begrijp jij niets van kunst en kunstenaars. Denk jij alleen maar in instituten en niet in degenen die kunst maken, de kunstenaars zelf.

Neem nou die criteria diversiteit en inclusie. Wat heeft dat in godsnaam met kunst te maken, met schoonheid.

Flip

Dat zijn maatschappelijke criteria om te zorgen dat kunst niet alleen door en voor blanke kunstenaars en blank publiek wordt gemaakt maar voor de hele gemeenschap. Weet je dat de helft van de stadsbevolking van niet westerse oorsprong is? Terwijl de kunst vooral door Europese mensen wordt gemaakt en genoten. Wij hebben als gemeente de taak daar sturend in op te treden. Het is immers geld van alle stadgenoten.

Miriam

Daarom mogen wij dus geen Bach en Schubert spelen. Mogen wij als musici niet de componisten kiezen die wij zelf willen. Weet je hoe dat heet? Censuur. Politieke censuur. Jij had het bij Jilek over de censuur van Stalin en Hitler. Als jullie zo doorgaan mogen we straks alleen maar muziek van zwarte componisten maken.

Flip

Wat zeg je? Wat is dat voor racisme? Dat wil ik niet horen in mijn eigen huis. Je kunt beter vertrekken.

Miriam

Aha, gelukt. Heb ik je eindelijk uit je bureaucratische plooi. Ik zal je eens wat zeggen. Jij had het over Thorbecke en dat de politiek zich niet met de inhoud van de kunst mag bemoeien. En wat is dit? ‘Inclusie’ en ’divers’, boevenwoorden voor censuur en overheidsbemoeienis. Ik eis als kunstenaar het recht op in de vrije ruimte van de kunst te maken wat ik wil. Vrijheid van meningsuiting. Vrijheid van schepping. Als wij alleen binnen de lijntjes mogen kleuren van een stel ideologen dan zakt de kunst in als een uitgedroogde paddenstoel. Dan verdwijnt de schoonheid en houden we alleen staatskitsch over. Ik spreek uit de naam van de schoonheid: blijf met je tengels af van de schoonheid.

Flip

Ziet er plotseling vermoeid uit. Veegt zich over zijn voorhoofd. Hij zweet.

Miriam

Sorry, ben je moe?

Flip

Ja, ik heb het koud.

Miriam

Ja, je bent moe. Maar het is lief dat je luistert. Je weet dat in Belarus een dictator heerst. Mensen komen in opstand. Kunstenaars worden ontslagen. Er is een beroemde actrice, Zoja Belachvostik. Die heeft dit gezegd. ‘De autoriteiten hebben nooit respect getoond voor mensen die de ziel verrijken met menslievendheid. Zulke dingen hebben voor hen geen waarde.’ Daar gaat het over. Begrijp je? Herken je je daarin?

Flip

Ik moet nu naar bed. Voel me niet goed.

Miriam

Sorry. Ik vraag te veel van je. Je bent misschien toch een lieve kerel. Een beetje dom, of onnozel. Maar je luistert tenminste. Misschien leer je nog wat. Ga maar gauw naar bed. Ik kom morgen wel even kijken.

Zij verdwijnt.

 

Flip

Ligt op de bank met gesloten ogen. IJlt.

Lieve kerel … ik luister… schoonheid …je, dat mag …dat mag je zijn … dat is fijn…krikt je op… ha, ha, dat bedoel ik niet…ik weet wat je bedoelt mam…je bedoelt het goed mam…maar ik mag ook luisteren…lieve kerel…mag luisteren…

Bruce Springsteen zingt:

There is no art in this White House

no literature, no music,

we have lost the culture aspects of society

the shared experiences of humanity

we lost

we have lost so much.

https://www.3quarksdaily.com/3quarksdaily/2020/10/bruce-springsteen-theres-no-art-in-this-white-house.html

Oh, The Boss, no art in the house…ik zal zoeken, luisteren, dat beloof ik, art in the house, …muziek…het is meer…een ontdekking, censuur.

Schrikt op en valt daarna snel weer in de vorige houding

Hitler, Stalin. Plotseling openbaart … luister … menselijkheid…Ik eis…menselijkheid…

Geen cijfers…niet meetbaar. Luister… muziek …luister Sjon muziek …geen ski muziek Sjon, je moet luisteren niet skiën Sjon, luisteren, muziek Sjon…luister…niet winnen … geen cijfers mam ….cijfers doen er niet toe mam, schoonheid, menselijkheid, licht je op mam, verheft je, luister … niet meetbaar … luister muziek …dank je … muziek …zweven mam, ik zweef ….heerlijk zweef ik … boven alles …boven jou mam, kijk mam, ik zweef mam, boven jou mam, jouw zoon mam, zweeft mam, boven jou, mam… gemeenteraad ha, ha …ik zweef boven gemeenteraad, rooie pruik, laat mij los … blijf van me af …ik zweef, laat mij zweven … ze willen mij naar beneden trekken mam, maar ik wil zweven …wolken … om mij heen … wolken menselijkheid … als warme dekens menselijkheid, zo heerlijk mam…luister mam, luister naar The Boss mam, muziek mam, zweefmuziek …boven rooie pruik … kan mij niet schelen … je mag het hebben van mij …laat mij zweven … in wolken … muziekwolken …warmte … hitte …

Muziek van Bruce Springsteen … … fade out.

 

Flip

Ligt op een bank. Hij hoest regelmatig. Duitse schlagerklanken klinken hard. Miriam komt binnen.

Miriam

Waarom staat de deur open en heb je de muziek zo hard gezet?

Flip

Ik heb je nodig, ik ben ziek.

Miriam

Staat die muziek daarom zo hard?

Flip

Ja, zet maar uit.

Zet muziek uit.

Miriam

Wat heb je? Griep?

Flip

Geen idee, ik voel me beroerd.

Miriam

Heb je koorts?

Flip

Denk ik.

Miriam

Heb je aspirine genomen?

Flip

Nee, niet nodig.

Miriam

Oké.  Wil je koffie?

Flip

Goed idee. Ik ben blij dat je er bent.

Miriam

Waar is je vriend?

Flip

Die is aan het skiën in Ischgl.

Miriam

Gaat naar de keuken.

Komt terug met koffie.

Flip

Dank je. Ik heb vannacht gedroomd.

Miriam

Zeker geijld.

Flip

Van die rooie pruik.

Miriam

Die vrouw uit de gemeenteraad? Wat heb je gedroomd?

Flip

Nou, het regende keihard. Zij stond met laarzen en een enorme jas in de tuin en was bollen en struiken aan het planten. Toen ze ophield bleef ze kijken. Alsof ze een visioen had. Ze zag er heel blij uit.

Miriam

Ze zag natuurlijk al die planten en bollen uitkomen in het voorjaar. Schoonheid. Ze zag schoonheid. Je moet moeite doen om schoonheid te vinden.

Flip

Denk je dat het dat betekende?

( de telefoon gaat, Flip neemt hem op)

Nee, ik ben ziek. Wat is er?

… … … …

O, dank je voor je bericht. Ik laat je wel weten wat ik ga doen.

Miriam

Wat is er?

 

Flip

 

Niks.

 

Miriam

 

Wat was dat voor telefoontje?

 

Flip

 

Niet interessant.

 

Miriam

 

Wil je soep? Ik heb lekkere sterke bouillon. Zal ik het halen?

 

Flip

 

Nee hier blijven.

 

 

Mijn moeder maakte ook altijd soep. Ook sterke bouillon. Goed voor de ruggengraat, zei ze altijd.

 

Miriam

 

Ruggengraat?

 

Flip

 

Ja, dat vond ze belangrijk. Vindt ze nog. Hou je rug recht, zegt ze.

 

Miriam

 

Dus ze leeft ze nog?

 

Flip

 

Ja. Tachtig, maar zo helder als glas. Ze belt me elke dag.

 

Miriam

 

Moet ik haar bellen?

 

Flip

 

Nee, waarom?

 

Miriam

 

Omdat je ziek bent. Dat willen moeders toch altijd weten?

 

Flip

 

Mijn moeder niet. Die wil alleen maar goed nieuws horen.

 

Miriam

 

O, wat vervelend. Ja, sommige moeders zijn zo. Wil je daarom dat ik blijf?

 

Flip

 

(hoest)

 

…..

 

Miriam

 

Misschien moet je je laten testen.

 

Flip

 

Denk je dat ik Corona heb?

 

Miriam

 

Misschien, je hebt koorts en je hoest akelig.

 

Flip

 

Wat maakt het uit?

 

Miriam

 

Wil je dood? Mij besmetten?

 

Flip

 

Hoe kom je daarbij? Ik heb ik jouw nodig.

 

Miriam

 

Omdat je ziek bent?

 

Flip

 

Om de schoonheid.

 

Miriam

 

Schoonheid? Wat heb jij plotseling met schoonheid?

 

Flip

De schoonheid heeft gewonnen.

 

Miriam

 

Waar heb je het over?

 

Flip

 

Jij hebt mij niet meer nodig. De rollen zijn omgedraaid.

Jij hebt gewonnen.

 

Miriam

 

Gewonnen? Wat bazel je?

 

Flip

 

Het amendement is aangenomen. Die rooie krijgt haar zin.

Miriam

Heb jij verloren? Wat erg voor je. Was dat het telefoontje? Heeft die  rooie pruik gewonnen? Krijgen we nu plotseling ons geld?

Flip

Ja. Zo is het genoeg. Ik krijg haar nog wel. Maar jij komt niet in de goot. Je krijgt je geld. De schoonheid heeft gewonnen. Je kunt blijven repeteren. Ik zal er aan moeten wennen.

Miriam

Mijn god! Wat ga je nou doen?

Flip

Me laten testen.

(Staat op.)

Miriam

Zal ik je brengen?

Flip

Ja, alsjeblieft.

Miriam

( Ze haalt de jas van Flip en twee mondkapjes. Ze pakt haar telefoontje.

Oké. Ga je mee, wethouder?

Ik zal een taxi bestellen. Ik ben rijk.

(Samen verlaten ze de kamer.)

(Muziek? ‘There is no art in this Whitehouse?’)

 

© Theo Monkhorst, Den Haag. 24 november 2020.

t.p.monkhorst@monkhorst.nl